9.6. Het instellingenbestand

Bijgewerkt door Joel Dahl.

Het algemene formaat van een instellingenbestand is vrij eenvoudig. Elke regel bevat een sleutelwoord en één of meer argumenten. Omwille van de eenvoud bevatten de meeste regels maar één argument. Alles wat na een # komt, wordt als commentaar beschouwd en genegeerd. De volgende gedeelten beschrijven elk sleutelwoord, in het algemeen in dezelfde volgorde als GENERIC, alhoewel sommige samenhangende sleutelwoorden gegroepeerd zijn in een enkel gedeelte (zoals Netwerken) zelfs al staan ze verspreid in het bestand GENERIC. Een uitputtende lijst van architectuurafhankelijke opties en apparaten staat in het bestand NOTES, dat in dezelfde map staat als het bestand GENERIC. Architectuuronafhankelijke opties staan in /usr/src/sys/conf/NOTES.

Een nieuwe directief include is beschikbaar om te gebruiken in instellingenbestanden. Hiermee kan een ander instellingenbestand logisch in het huidige worden opgenomen, waardoor het eenvoudig wordt om kleine veranderingen relatief aan een bestaand bestand te onderhouden. Als u bijvoorbeeld een GENERIC kernel nodig heeft met slechts een klein aantal aanvullende opties of stuurprogramma's, hoeft u hiermee slechts een delta ten opzichte van GENERIC te onderhouden:

include GENERIC
ident MIJNKERNEL

options		IPFIREWALL
options		DUMMYNET
options		IPFIREWALL_DEFAULT_TO_ACCEPT
options		IPDIVERT

Veel beheerders zullen aanzienlijke voordelen in dit model zien vergeleken met de vroegere gewoonte om instellingenbestanden vanuit het niets te schrijven: het lokale instellingenbestand zal alleen lokale verschillen uitdrukken ten opzichte van een GENERIC kernel en wanneer upgrades worden uitgevoerd zullen nieuwe mogelijkheden die aan GENERIC zijn toegevoegd ook aan de lokale kernel worden toegevoegd tenzij dit expliciet verhinderd wordt met nooptions of nodevice. De rest van dit hoofdstuk behandelt de inhoud van een typisch instellingenbestand en de verschillende rollen die opties en apparaten spelen.

Opmerking: Draai het volgende commando als root om een bestand te bouwen dat alle beschikbare opties bevat, wat normaliter voor testdoeleinden gedaan wordt:

# cd /usr/src/sys/i386/conf && make LINT

Het volgende is een voorbeeld van het kernelinstellingenbestand GENERIC met aanvullend commentaar omwille van de helderheid. Dit voorbeeld is redelijk gelijk aan de versie in /usr/src/sys/i386/conf/GENERIC.

machine   i386

Dit is de architectuur van de machine. Het moet één van amd64, i386, ia64, pc98, powerpc of sparc64 zijn.

cpu   I486_CPU
cpu   I586_CPU
cpu   I686_CPU

Bovenstaande optie geeft het type CPU aan dat in een systeem zit. De CPU-regel kan meerdere keren voorkomen (als bijvoorbeeld onbekend is of I586_CPU of I686_CPU gebruikt moet worden), maar voor een aangepaste kernel is het beter om alleen de aanwezige CPU aan te geven. Als er twijfel bestaat over het type CPU, kan het bestand /var/run/dmesg.boot worden bekeken voor de opstartberichten.

ident   GENERIC

Dit is de identificatie van de kernel. Dit moet veranderd worden in de naam van de kernel, dus MIJNKERNEL als de instructies van de voorgaande voorbeelden gevolgd zijn. De waarde in de string ident wordt afgebeeld wanneer de kernel opstart, dus is het handig om de nieuwe kernel een andere naam te geven als deze apart moet worden gehouden van de gebruikelijke kernel (als er bijvoorbeeld een experimentele kernel gebouwd wordt).

#Om apparaatbindingen statisch in te compileren in plaats van via /boot/device.hints.
#hints    "GENERIC.hints"     # Standaardlocatie voor devices.

device.hints(5) wordt gebruikt om opties van de programma's die de apparaten aansturen in te stellen. De standaardplaats die loader(8) controleert tijdens het opstarten is /boot/device.hints. Met de optie hints is het mogelijk om deze aanwijzingen statisch in de kernel te compileren, waardoor er geen noodzaak is om een bestand device.hints in /boot aan te maken.

makeoptions        DEBUG=-g  # Bouw kernel met gdb(1) debugsymbolen.

Het normale bouwproces van FreeBSD voegt debuginformatie toe wanneer de kernel met de optie -g gebouwd wordt, wat debuginformatie doorgeeft aan gcc(1).

options   SCHED_ULE    # ULE taakplanner

De standaard taakplanner voor FreeBSD. Laat dit staan.

options   PREEMPTION # Zet kernelthreadpreëmptie aan

Sta toe dat threads in de kernel worden gepreëmpt door threads met een hogere prioriteit. Het help bij interactiviteit en staat toe dat interruptthreads eerder draaien in plaats van te moeten wachten.

options   INET      # internetwerken

Netwerkondersteuning. Laat dit aanstaan, zelfs als een verbinding met een netwerk niet gepland is. De meeste programma's hebben tenminste een teruglusnetwerk nodig (dat wil zeggen het maken van netwerkverbindingen binnen de PC), dus dit is eigenlijk verplicht.

options   INET6     # IPv6 communicatieprotocollen

Dit zet de IPv6-communicatieprotocollen aan.

options   FFS       # Berkeley Fast Bestandssysteem

Dit is het basisbestandssysteem voor de harde schijf. Laat dit erin staan als er vanaf de harde schijf wordt opgestart.

options   SOFTUPDATES   # Schakel FFS Softupdates ondersteuning in

Deze optie zet softupdates in de kernel aan en helpt om de schijftoegang voor schrijven te verhogen. Zelfs als deze functionaliteit door de kernel geleverd wordt, moet die voor specifieke schijven worden aangezet. Bekijk de uitvoer van mount(8) om te zien of softupdates aanstaat voor de systeemschijven. Als de optie soft-updates niet zichtbaar is, dient deze geactiveerd te worden met behulp van tunefs(8) voor bestaande bestandssystemen of newfs(8) voor nieuwe bestandssystemen.

options   UFS_ACL   # Ondersteuning voor toegangscontrolelijsten

Met deze optie wordt de ondersteuning voor toegangscontrolelijsten aangezet. Hiervoor zijn uitgebreide attributen en UFS2 nodig. Een en ander wordt in detail beschreven in Paragraaf 15.11. ACL's staan standaard aan en moeten niet uitgezet worden in de kernel als ze al eerder op een bestandssysteem zijn gebruikt, omdat dit de toegangscontrolelijsten verwijdert en hierdoor de manier waarop bestanden beschermd worden op onvoorspelbare wijze verandert.

options   UFS_DIRHASH   # Verbeter prestaties in grote mappen

Deze optie bevat functionaliteit om schijfoperaties op grote mappen te versnellen, ten koste van extra geheugen. Deze staat normaalgesproken, zoals voor een grote server of interactief werkstation, aan en wordt uitgezet als FreeBSD op een kleiner systeem wordt gebruikt waar geheugen het belangrijkste en schijfsnelheid minder belangrijk is, zoals voor een firewall.

options   MD_ROOT   # MD is een potentieel rootapparaat

Deze optie zet ondersteuning aan voor een virtuële schijf die in het geheugen wordt geïmplementeerd en als rootapparaat wordt gebruikt.

options   NFSCLIENT    # Netwerk Bestandssysteem Client
options   NFSSERVER    # Netwerk Bestandssysteem Server
options   NFS_ROOT     # NFS bruikbaar als /, NFSCLIENT nodig

Het netwerkbestandssysteem. Dit kan weggelaten worden tenzij er gepland is om partities te aan te koppelen van een UNIX® bestandsserver over TCP/IP.

options   MSDOSFS   # MSDOS Bestandssysteem

Het MS-DOS® bestandssysteem. Dit kan veilig weggelaten worden, tenzij er gepland is om een DOS-geformatteerde partitie van de harde schijf tijdens het opstarten aan te koppelen. Het wordt automatisch geladen als er voor de eerste keer een DOS-partitie wordt aangekoppeld, zoals boven beschreven. Bovendien geeft de uitstekende software emulators/mtools toegang tot DOS-floppies zonder dat ze aangekoppeld en afgekoppeld moeten worden en heeft het MSDOSFS helemaal niet nodig.

options   CD9660    # ISO 9660 Bestandssysteem

Het ISO 9960-bestandssysteem voor CD-ROMs. Commentarieer dit uit als er geen CD-ROM drive aanwezig is of als er slechts af en toe gegevens-CD-ROMs aangekoppeld worden (aangezien het dynamisch geladen wordt als er voor de eerste keer een gegevens-CD-ROM aangekoppeld wordt). Audio-CD's hebben dit bestandssysteem niet nodig.

options   PROCFS    # Procesbestandssysteem (vereist PSEUDOFS)

Het procesbestandssysteem. Dit is een “als-of” bestandssysteem, aangekoppeld op /proc, dat programma's als ps(1) in staat stelt om meer informatie over de draaiende processen te geven. Het is in de meeste omstandigheden niet nodig om PROCFS te gebruiken, omdat de meeste debug- en monitorgereedschappen zijn aangepast om zonder PROCFS te draaien: installaties koppelen dit bestandssysteem standaard niet aan.

options   PSEUDOFS  # Pseudo-bestandssysteem raamwerk

Kernels die PROCFS gebruiken moeten ook ondersteuning voor PSEUDOFS opnemen.

options   GEOM_PART_GPT  # GUID Partitietabellen.

Voegt ondersteuning voor GUID Partitietabellen toe. GPT biedt de mogelijkheid om een groot aantal partities per schijf te hebben, 128 is de standaardconfiguratie.

options   COMPAT_43 # Compatibel met BSD 4.3 [ERIN HOUDEN!]

Compatibiliteit met 4.3BSD. Laat dit aanstaan. Sommige programma's gedragen zich vreemd als dit uitgecommentarieerd wordt.

options   COMPAT_FREEBSD4     # Compatibel met FreeBSD 4

Deze optie is nodig om ondersteuning te bieden aan applicaties die gecompileerd zijn op oudere versies van FreeBSD en gebruik maken van oudere systeemaanroep-interfaces. Het is aanbevolen dat deze optie gebruikt wordt op alle i386™ systemen die mogelijk oudere applicaties draaien. Voor platformen die pas in 5.X ondersteuning verwierven, zoals ia64 en SPARC64®, is deze optie niet nodig.

options   COMPAT_FREEBSD5     # Compatibel met FreeBSD5

Deze optie is vereist om ondersteuning te geven aan applicaties die gecompileerd zijn op FreeBSD 5.X die gebruik maken van de systeemaanroepinterfaces van FreeBSD 5.X.

options   COMPAT_FREEBSD6     # Compatibel met FreeBSD5

Deze optie is vereist om ondersteuning te geven aan applicaties die gecompileerd zijn op FreeBSD 6.X die gebruik maken van de systeemaanroepinterfaces van FreeBSD 6.X.

options   COMPAT_FREEBSD7     # Compatibel met FreeBSD5

Deze optie is vereist om ondersteuning te geven aan applicaties die gecompileerd zijn op FreeBSD 7.X die gebruik maken van de systeemaanroepinterfaces van FreeBSD 7.X.

options   SCSI_DELAY=5000    # Vertraging (in ms) voordat SCSI wordt ondergezocht.

Dit zorgt ervoor dat de kernel vijf seconden wacht voordat die elk SCSI-apparaat in het systeem onderzoekt. Als er alleen IDE-harde schijven zijn, kan deze optie genegeerd worden, anders kan geprobeerd worden dit getal te verlagen, om het opstarten te versnellen. Uiteraard moet deze waarde weer verhoogd worden als FreeBSD problemen heeft om de SCSI-apparaten te herkennen.

options   KTRACE    # ktrace(1) ondersteuning

Dit schakelt kernelondersteuning voor het volgen processen in, wat handig is tijdens debuggen.

options   SYSVSHM   # SYSV-stijl gedeeld geheugen

Deze optie biedt System V gedeeld geheugen. Meestal wordt dit wegens de XSHM-uitbreiding in X gebruikt, waar door vele grafische programma's automatisch gebruik van wordt gemaakt voor extra snelheid. Als X gebruik wordt, is het raadzaam om dit op te nemen.

options   SYSVMSG   # SYSV-stijl berichtwachtrijen

Dit biedt ondersteuning voor System V berichten. Ook deze optie voegt slechts een paar honderd bytes aan de kernel toe.

options   SYSVSEM   # SYSV-stijl semaforen

Dit biedt ondersteuning voor System V semaforen. Het wordt minder vaak gebruikt, maar voegt slechts een paar honderd bytes aan de kernel toe.

Opmerking: De optie -p van het commando ipcs(1) geeft een lijst van alle processen die een van deze System V faciliteiten gebruikt.

options   _KPOSIX_PRIORITY_SCHEDULING   # POSIX P1003_1B real-time extensies

Dit biedt real-time-uitbreidingen die in de 1993 POSIX® zijn toegevoegd. Bepaalde applicaties in de Portscollectie gebruiken deze (zoals StarOffice).

options   KBD_INSTALL_CDEV    # installeer een CDEV-ingang in /dev

Deze optie is nodig om apparaatknooppunten voor het toetsenbord aan te maken in /dev.

options   ADAPTIVE_GIANT      # Giant mutex is adaptief.

Giant is de naam van een wederzijds uitsluitingsmechanisme (een sleep mutex) dat een grote verzameling kernelbronnen beschermt. Vandaag de dag is dit een onacceptabele prestatie-bottleneck die actief door sloten wordt vervangen die individuele bronnen beschermen. De optie ADAPTIVE_GIANT zorgt ervoor dat Giant in de verzamelingen van mutexen wordt opgenomen waar actief wordt opgespind. Dit betekent dat wanneer een thread de Giant-mutex wil nemen, maar die reeds door een thread op een andere CPU genomen is, de eerste thread blijft draaien en wacht tot er een slot vrijkomt. Normaalgesproken zou de thread weer gaan slapen en wachten op de volgende kans om te draaien. Laat dit er in geval van twijfel instaan.

Opmerking: Merk op dat in FreeBSD 8.0-RELEASE en later alle mutexen standaard adaptief zijn, tenzij ze expliciet op niet-adaptief zijn gezet door met de optie NO_ADAPTIVE_MUTEXES te compileren. Een gevolg is dat Giant nu standaard adaptief is, en dat de optie ADAPTIVE_GIANT uit de kernelinstellingen is verwijderd.

device    apic      # I/O APIC

Het apic-apparaat zet de ondersteuning voor I/O-APIC voor het afleveren van interrupts aan. Het apic-apparaat kan zowel in UP- als in SMP-kernels gebruikt worden, maar is noodzakelijk voor SMP-kernels. Voeg options SMP toe om ondersteuning voor meerdere processoren op te nemen.

Opmerking: Het apic-apparaat bestaat alleen in de i386-architectuur, deze instelregel dient niet op andere architecturen gebruikt te worden.

device    eisa

Neem dit op voor een EISA-moederbord. Dit zet ondersteuning voor zelfdetectie en -instelling aan voor alle apparaten op de EISA-bus.

device    pci

Neem dit op voor een PCI-moederbord. Dit zet ondersteuning voor zelfdetectie van PCI-kaarten en gatewaying van PCI-naar-ISA-bus aan.

# Floppy drives
device	  fdc

Dit is de controller voor de floppydrive.

# ATA- en ATAPI-apparaten
device	  ata

Dit stuurprogramma biedt ondersteuning aan alle ATA- en ATAPI-apparaten. Er is slechts één device ata-regel nodig om de kernel alle PCI ATA/ATAPI-apparaten te laten ontdekken op moderne machines.

device    atadisk   # ATA schijven

Dit is samen met device ata nodig voor ATA schijven.

device    ataraid   # ATA RAID schijven

Dit is samen met device ata nodig voor ATA RAID-schijven.


device	  atapicd   # ATAPI CD-ROM drives

Dit is samen met device ata nodig voor ATAPI CD-ROM drives.

device   atapifd    # ATAPI floppy drives

Dit is samen met device ata nodig voor ATAPI floppydrives.

device    atapist   # ATAPI tape drives

Dit is samen met device ata nodig voor ATAPI tapedrives.

options   ATA_STATIC_ID   # Statische apparaatnummering

Dit zorgt ervoor dat de controller statisch nummert. Zonder deze optie worden nummers dynamisch toegewezen.

# SCSI Controllers
device          ahb        # EISA AHA1742 familie
device          ahc        # AHA2940 en onboard AIC7xxx apparaten
options         AHC_REG_PRETTY_PRINT    # Print registerbitvelden in
                                        # debuguitvoer.  Voegt ~128k
                                        # aan stuurprogramma toe.
device          ahd        # AHA39320/29320 en onboard AIC79xx apparaten
options         AHD_REG_PRETTY_PRINT    # Print registerbitvelden in
                                        # debuguitvoer.  Voegt ~215k
                                        # aan stuurprogramma toe.
device          amd        # AMD 53C974 (Teckram DC-390(T))
device          isp        # Qlogic familie
#device         ispfw      # Firmware voor QLogic HBAs- normaliter een module
device          mpt        # LSI-Logic MPT-Fusion
#device         ncr        # NCR/Symbios Logic
device          sym        # NCR/Symbios Logic (nieuwere chipsets + die van `ncr')
device          trm        # Tekram DC395U/UW/F DC315U adapters

device          adv        # Advansys SCSI adapters
device          adw        # Advansys wide SCSI adapters
device          aha        # Adaptec 154x SCSI adapters
device          aic        # Adaptec 15[012]x SCSI adapters, AIC-6[23]60.
device          bt         # Buslogic/Mylex MultiMaster SCSI adapters

device          ncv        # NCR 53C500
device          nsp        # Workbit Ninja SCSI-3
device          stg        # TMC 18C30/18C50

SCSI controllers. Commentarieer de regels uit voor apparaten die niet in het systeem aanwezig zijn. Als het een systeem met alleen IDE apparaten betreft, kunnen ze allemaal weggelaten worden. De regels met *_REG_PRETTY_PRINT zijn debugopties voor hun respectievelijke stuurprogramma's.

# SCSI randapparaten
device          scbus      # SCSI bus (nodig voor SCSI)
device          ch         # SCSI media changers
device          da         # Direct Access (schijven)
device          sa         # Sequential Access (tape, enzovoort)
device          cd         # CD
device          pass       # Passthrough apparaat (directe SCSI-toegang)
device          ses        # SCSI Omgevingsdiensten (en SAF-TE)

SCSI-aanhangsels. Ook hier geldt dat apparaten die niet aanwezig zijn uitgecommentarieerd kunnen worden, of als alleen IDE-hardware aanwezig is, ze allemaal weggelaten kunnen worden.

Opmerking: Het USB-stuurprogramma umass(4) en enkele andere stuurprogramma's gebruiken het SCSI-subsysteem, alhoewel ze geen echte SCSI-apparaten zijn. Daarom mag SCSI-ondersteuning niet verwijderd worden als dit soort stuurprogramma's in de kernelinstellingen worden opgenomen.

# RAID controllers met interfaces naar het SCSI subsysteem
device          amr        # AMI MegaRAID
device          arcmsr     # Areca SATA II RAID
device          asr        # DPT SmartRAID V, VI en Adaptec SCSI RAID
device          ciss       # Compaq Smart RAID 5*
device          dpt        # DPT Smartcache III, IV - Zie NOTES voor opties
device          hptmv      # Highpoint RocketRAID 182x
device          hptrr      # Highpoint RocketRAID 17xx, 22xx, 23xx, 25xx
device          iir        # Intel Integrated RAID
device          ips        # IBM (Adaptec) ServeRAID
device          mly        # Mylex AcceleRAID/eXtremeRAID
device          twa        # 3ware 9000 series PATA/SATA RAID

# RAID controllers
device          aac        # Adaptec FSA RAID
device          aacp       # SCSI passthrough voor aac (heeft CAM nodig)
device          ida        # Compaq Smart RAID
device          mfi        # LSI MegaRAID SAS
device          mlx        # Mylex DAC960 famile
device          pst        # Promise Supertrak SX6000
device          twe        # 3ware ATA RAID

Ondersteunde RAID-controllers. Als een van deze niet aanwezig is, kan deze uitgecommentarieerd of verwijderd worden.

# atkbdc0 bestuurt het toetsenbord en de PS/2 muis
device    atkbdc    # AT toetsenbordcontroller

De toetsenbordcontroller (atkbdc) biedt I/O-diensten aan voor het AT-toetsenbord en het PS/2-type van aanwijsapparaten. Deze controller is noodzakelijk voor het toetsenbordstuurprogramma (atkbd) en het PS/2-aanwijsapparaatstuurprogramma (psm).

device    atkbd     # AT toetsenbord

Het stuurprogramma atkbd biedt samen met de controller atkbdc toegang tot het AT84-toetsenbord of het uitgebreide AT-toetsenbord dat verbonden is met de controller voor het AT-toetsenbord.

device    psm       # PS/2 muis

Dit apparaat kan gebruikt worden als de muis in de PS/2-muispoort wordt geplugd.

device    kbdmux    # toetsenbordmultiplexer

Basisondersteuning voor multiplexing van toetsenborden. Als u niet van plan bent om meerdere toetsenborden op het systeem te gebruiken, kunt u deze regel veilig verwijderen.

device    vga       # VGA videokaart stuurprogramma

Het stuurprogramma voor de videokaart.

device    splash    # Splash screen en screensaver ondersteuning

Een splash-scherm tijdens het opstarten! Screensavers hebben deze optie ook nodig.

# syscons is het standaard consolestuurprogramma, lijkt op een SCO console
device	  sc

sc is het standaard consolestuurprogramma en lijkt op een SCO-console. Aangezien de meeste programma's die met een volledig scherm werken de console via een terminaldatabase zoals termcap benaderen, moet het niet uitmaken of dit of vt, het VT220-compatibele consolestuurprogramma, gebruikt wordt. Wanneer er aangemeld wordt, dient de variabele TERM op scoansi gezet worden indien programma's die met een volledig scherm werken problemen hebben om met dit console te draaien.

# Schakel dit in voor het pcvt (VT220 compatibele) consolestuurprogramma
#device     vt
#options    XSERVER     # ondersteuning voor X server op een vt console
#options    FAT_CURSOR  # begin met een blokcursor

Dit is een VT220-compatibel consolestuurprogramma, achterwaarts compatibel met de VT100/102. Het werkt goed op enkele laptops die hardware-incompatibiliteiten hebben met sc. Ook dient de variabele TERM op vt100 of vt220 gezet te worden bij het aanmelden. Dit stuurprogramma kan ook nuttig zijn wanneer er verbinding wordt gemaakt met een groot aantal verschillende machines in een netwerk, waarbij de ingangen termcap of terminfo voor het apparaat sc vaak niet beschikbaar zijn. vt100 is op bijna elk platform beschikbaar.

device    agp

Neem dit op als er een AGP-kaart in het systeem aanwezig is. Dit zet ondersteuning voor AGP aan, en ondersteuning voor AGP GART voor borden die deze mogelijkheden hebben.

# Ondersteuning voor energiebeheer (zie NOTES voor meer opties)
#device	  apm

Ondersteuning voor geavanceerd energiebeheer (Advanced Power Management). Dit is nuttig voor laptops, alhoewel dit standaard uitgeschakeld is in GENERIC.

# Schakel suspend/resume ondersteuning voor de i8254 in.
device	  pmtimer

Het stuurprogramma voor het timerapparaat voor energiebeheergebeurtenissen, zoals APM en ACPI.

# PCCARD (PCMCIA) ondersteuning.
# PCMCIA en cardbus bridge ondersteuning.
device    cbb       # cardbus (yenta) bridge
device    pccard    # PC Card (16-bit) bus
device    cardbus   # CardBus (32-bit) bus

Ondersteuning voor PCMCIA. Dit is wenselijk voor laptopgebruikers.

# Serial (COM) poorten
device    sio       # 8250, 16[45]50-gebaseerde seriële poorten

Dit zijn de seriële poorten waarnaar in de wereld van MS-DOS/Windows® verwezen wordt als COM-poorten.

Opmerking: Als er een intern modem op COM4 en een seriële poort op COM2 aanwezig is, moet het IRQ van het modem in 2 worden veranderd (om duistere technische redenen geldt dat IRQ2 = IRQ9) om er vanuit FreeBSD toegang toe te krijgen. Als er een multipoort seriële kaart aanwezig is, staat in sio(4) meer informatie over de juiste waarden die aan /boot/device.hints toegevoegd moeten worden. Sommige videokaarten (vaak gebaseerd op S3 chips) gebruiken IO-adressen van de vorm 0x*2e8, en omdat vele goedkope serieële kaarten de 16-bits IO-adresruimte niet volledig decoderen, botsen ze met deze kaarten waardoor de COM4-poort praktisch onbruikbaar is.

Elke serieële poort moet een uniek IRQ hebben (tenzij er gebruik wordt gemaakt van een van de multipoortkaarten waarbij gedeelde interrupts ondersteund worden), dus kunnen de standaard IRQ's voor COM3 en COM4 niet gebruikt worden.

# Parallelle poort
device    ppc

Dit is de interface voor de parallelle poort op de ISA-bus.

device    ppbus     # Parallelle poortbus (verplicht)

Biedt ondersteuning voor de parallelle poortbus.

device    lpt       # Printer

Ondersteuning voor parallelle poort-printers.

Opmerking: Alle van de bovenstaande drie zijn noodzakelijk om ondersteuning voor parallelle printers aan te zetten.

device    ppi       # Parallelle poort interface apparaat

De algemene I/O (“geek-poort”) + IEEE1284 I/O.

#device   vpo       # scbus en da verplicht

Dit is voor een Iomega Zipdrive. Hiervoor is ondersteuning voor scbus en da nodig. De beste prestaties worden gehaald met poorten in EPP 1.9-modus.

#device   puc

Dit dient uitgecommentarieerd te worden indien er een “domme” seriële of parallelle PCI-kaart aanwezig is die ondersteund wordt door het puc(4) verbindingsstuurprogramma.

# PCI Ethernet NIC's.
device    de        # DEC/Intel DC21x4x (“Tulip”)
device    em        # Intel PRO/1000 adapter Gigabit Ethernet Card
device    ixgb      # Intel PRO/10GbE Ethernet Card
device    txp       # 3Com 3cR990 (“Typhoon”)
device    vx        # 3Com 3c590, 3c595 (“Vortex”)

Verscheidene PCI-netwerkkaartstuurprogramma's. Degenen die niet in het systeem aanwezig zijn kunnen uitgecommentarieerd of verwijderd worden.

# PCI Ethernet NIC's die de MII bus controller code gebruiken.
# NB: 'device miibus' moet behouden blijven om deze NIC's te kunnen gebruiken!
device    miibus    # MII bus ondersteuning

Ondersteuning voor MII-bus is noodzakelijk voor sommige PCI 10/100 Ethernet-NICs, namelijk voor diegenen die MII-geldige transceivers gebruiken of interfaces voor transceiverbesturing implementeren die als een MII werken. Door device miibus aan de kernelinstellingen toe te voegen wordt de ondersteuning voor de generieke miibus-API en voor alle PHY-stuurprogramma's opgenomen, waaronder een generieke voor PHYs die niet specifiek door een individueel stuurprogramma worden behandeld.

device    bce       # Broadcom BCM5706/BCM5708 Gigabit Ethernet
device    bfe       # Broadcom BCM440x 10/100 Ethernet
device    bge       # Broadcom BCM570xx Gigabit Ethernet
device    dc        # DEC/Intel 21143 en verschillende gelijkwerkenden
device    fxp       # Intel EtherExpress PRO/100B (82557, 82558)
device    lge       # Level 1 LXT1001 gigabit Ethernet
device    msk       # Marvell/SysKonnect Yukon II Gigabit Ethernet
device    nge       # NatSemi DP83820 gigabit Ethernet
device    nve       # nVidia MCP on-board Ethernet Networking
device    pcn       # AMD Am79C97x PCI 10/100 (voorrang op 'lnc')
device    re        # RealTek 8139C+/8169/8169S/8110S
device    rl        # RealTek 8129/8139
device    sf        # Adaptec AIC-6915 (“Starfire”)
device    sis       # Silicon Integrated Systems SiS 900/SiS 7016
device    sk        # SysKonnect SK-984x & SK-982x gigabit Ethernet
device    ste       # Sundance ST201 (D-Link DFE-550TX)
device    stge      # Sundance/Tamarack TC9021 gigabit Ethernet
device    ti        # Alteon Networks Tigon I/II gigabit Ethernet
device    tl        # Texas Instruments ThunderLAN
device    tx        # SMC EtherPower II (83c170 “EPIC”)
device    ge        # VIA VT612x gigabit Ethernet
device    vr        # VIA Rhine, Rhine II
device    wb        # Winbond W89C840F
device    xl        # 3Com 3c90x (“Boomerang”, “Cyclone”)

Stuurprogramma's die gebruik maken van de MII bus-controllercode.

# ISA Ethernet NIC's.  Inclusief pccard NIC's.
device    cs        # Crystal Semiconductor CS89x0 NIC
# 'device ed' heeft 'device miibus' nodig
device    ed        # NE[12]000, SMC Ultra, 3c503, DS8390 kaarten
device    ex        # Intel EtherExpress Pro/10 en Pro/10+
device    ep        # Etherlink III-gebaseerde kaarten
device    fe        # Fujitsu MB8696x-gebaseerde kaarten
device    ie        # EtherExpress 8/16, 3C507, StarLAN 10, etc.
device    lnc       # NE2100, NE32-VL Lance Ethernet kaarten
device    sn        # SMC's 9000 serie Ethernet chips
device    xe        # Xircom pccard Ethernet

# ISA apparaten die de oude ISA shims gebruiken
#device   le

ISA Ethernetstuurprogramma's. In /usr/src/sys/i386/conf/NOTES staan details over welke kaarten door welk stuurprogramma ondersteund worden.

# Draadloze NIC kaarten
device    wlan      # 802.11 ondersteuning

Generieke 802.11 ondersteuning. Deze regel is vereist voor draadloos netwerken.

device          wlan_wep  # 802.11 WEP-ondersteuning
device          wlan_ccmp   # 802.11 CCMP-ondersteuning
device          wlan_tkip   # 802.11 TKIP-ondersteuning

Crypto-ondersteuning voor 802.11-apparaten. Deze regels zijn nodig als u van plan bent om versleuteling en 802.11i-beveiligingsprotocollen te gebruiken.

device          an              # Aironet 4500/4800 802.11 draadloze NIC's.
device          ath             # Atheros PCI/CardBus NICs
device          ath_hal         # Atheros HAL (Hardware Access Layer)
device          ath_rate_sample # SampleRate verzendsnelheidbeheer voor ath
device          awi        # BayStack 660 en anderen
device          ral        # Ralink Technologies RT2500 draadloze NICs.
device          wi         # WaveLAN/Intersil/Symbol 802.11 draadloze NIC's.
#device         wl         # Oudere niet-802.11 Wavelan draadloze NIC.

Ondersteuning voor verscheidene draadloze kaarten.

# Pseudo-apparaten
device    loop      # Netwerk teruglussen

Dit is het generieke teruglusapparaat voor TCP/IP. Als telnet of FTP op localhost (ook bekend als 127.0.0.1) gebruikt wordt, loopt dat via dit apparaat. Dit is verplicht.

device    random    # Entropy apparaat

Cryptografisch veilige willekeurige getallengenerator.

device    ether     # Ethernet ondersteuning

ether is allen noodzakelijk als er een Ethernetkaart aanwezig is. Het bevat code voor het generieke Ethernetprotocol.

device    sl        # Kernel SLIP

sl dient voor SLIP-ondersteuning. Dit is bijna geheel overgenomen door PPP, wat eenvoudiger is op te zetten, beter geschikt is voor modem-naar-modem-verbindingen en krachtiger is.

device    ppp       # Kernel PPP

Dit dient voor PPP-ondersteuning van inbelverbindingen door de kernel. Er is ook een versie van PPP als gebruikersapplicatie geïmplementeerd die tun gebruikt en meer flexibiliteit en mogelijkheden biedt zoals demand-bellen.

device    tun       # Packet tunnel.

Dit wordt gebruikt door de gebruikers-PPP-software. In PPP staat meer informatie.


device    pty       # Pseudo-ttys (telnet, etc.)

Dit is een “pseudo-terminal” of gesimuleerde aanmeldpoort. Die wordt gebruikt door binnenkomende sessies van telnet en rlogin, door xterm en voor sommige andere applicaties zoals Emacs.

device    md        # “Geheugenschijven”

Pseudo-apparaten die een schijf in het geheugen implementeren.

device    gif       # IPv6 en IPv4 tunnelen

Dit implementeert IPv6-over-IPv4-tunneling, IPv4-over-IPv6-tunneling, IPv4-over-IPv4-tunneling en IPv6-over-IPv6-tunneling. Het apparaat gif is “zelfklonend” en zal naar behoefte apparaatknooppunten aanmaken.

device    faith     # IPv6-naar-IPv4-relay (vertaling)

Dit pseudo-apparaat onderschept pakketten die ernaar verzonden worden en leidt ze om naar het IPv4/IPv6-vertaaldaemon.

# Het `bpf' apparaat schakelt de Berkeley Pakketfilter in.
# Wees bewust van de administratieve consequenties die dit heeft!
# 'bpf' is nodig bij gebruik van DHCP.
device    bpf       # Berkeley pakketfilter

Dit is het Berkeley Pakketfilter. Dit pseudo-apparaat staat netwerkinterfaces toe om in luistermodus gezet te worden, zodat elk pakket op een uitzendnetwerk (bijvoorbeeld een Ethernet) onderschept wordt. Deze pakketten kunnen naar schijf onderschept en/of onderzocht worden met het programma tcpdump(1).

Opmerking: Het apparaat bpf(4) wordt ook gebruikt door dhclient(8) om het IP-adres van de standaardrouter (gateway) te verkrijgen, enzovoorts. Als DHCP gebruikt wordt, dient dit ingeschakeld te blijven.

# USB-ondersteuning
device          uhci          # UHCI PCI->USB interface
device          ohci          # OHCI PCI->USB interface
device          ehci          # EHCI PCI->USB interface (USB 2.0)
device          usb           # USB Bus (verplicht)
#device         udbp          # USB Double Bulk Pipe apparaten
device          ugen          # Generic
device          uhid          # “Human Interface Devices”
device          ukbd          # Toetsenbord
device          ulpt          # Printer
device          umass         # Schijven/Massaopslag - heeft scbus en da nodig
device          ums           # Muis
device          ural          # Ralink Technology RT2500USB draadloze NICs
device          urio          # Diamond Rio 500 MP3 speler
device          uscanner      # Scanners
# USB Ethernet, heeft mii nodig
device          aue           # ADMtek USB Ethernet
device          axe           # ASIX Electronics USB Ethernet
device          cdce          # Generic USB over Ethernet
device          cue           # CATC USB Ethernet
device          kue           # Kawasaki LSI USB Ethernet
device          rue           # RealTek RTL8150 USB Ethernet

Ondersteuning voor verscheidene USB-apparaten.

# FireWire ondersteuning
device    firewire  # FireWire bus code
device    sbp       # SCSI over FireWire (scbus en da nodig)
device    fwe       # Ethernet over FireWire (niet-standaard!)

Ondersteuning voor verscheidene Firewire-apparaten.

Meer informatie en aanvullende apparaten die door FreeBSD ondersteund worden staan in /usr/src/sys/i386/conf/NOTES.

9.6.1. Instellingen bij veel geheugen (PAE)

Sommige machines (PAE) hebben meer geheugen nodig dan limiet van 4 gigabyte op User+Kernel Virtual Adress (KVA) ruimte. Vanwege deze limiet voegde Intel ondersteuning toe voor toegang tot 36-bits fysieke adresruimte in de Pentium® Pro en nieuwere lijn van CPU's.

De Physical Address Extension (PAE) mogelijkheden van de Intel® Pentium Pro en nieuwere CPU's staan geheugenhoeveelheden toe tot 64 gigabyte. FreeBSD biedt ondersteuning voor deze mogelijkheid via de kernelinsteloptie PAE, die beschikbaar is in alle recent uitgegeven versies van FreeBSD. Vanwege de beperkingen van de geheugenarchitectuur van Intel wordt er geen onderscheid gemaakt tussen geheugen boven of beneden 4 gigabytes. Geheugen dat boven de 4 gigabytes is toegewezen wordt gewoon bij het beschikbare gevoegd.

Om ondersteuning voor PAE in de kernel aan te zetten, dient de volgende regel aan het kernelinstellingenbestand te worden toegevoegd:

options   PAE

Opmerking: De ondersteuning voor PAE in FreeBSD is alleen beschikbaar voor Intel IA-32-processoren. Ook dient opgemerkt te worden dat ondersteuning voor PAE nog niet wijdverbreid getest is en als betakwaliteit beschouwd dient te worden vergeleken met andere stabiele kenmerken van FreeBSD.

Ondersteuning voor PAE in FreeBSD heeft enige beperkingen:

Om prestatie- en stabiliteitsredenen is het aan te raden om tuning(7) te raadplegen. pae(4) bevat bijgewerkte informatie over de ondersteuning voor PAE in FreeBSD.